Activiteiten
in de Hooglandse kerk
-
30 januari van 15:00 - 17:00
Kliederkerk
Hooglandse Kerk, Nieuwstraat 20, 2312 KC Leiden, Nederland
Op zaterdag 30 januari staat er weer een Kliederkerk gepland! Ook deze keer
willen we het weer op een alternatieve manier door laten gaan. Geen tasje of
digitale activiteit dit keer! Houd facebook.com/kliederkerkleiden in de gaten
of mail naar jeugdwerk@leidsebinnenstadsgemeente.nl
-
31 januari van 10:00 - 11:00
Kerkdienst LBG
Hooglandse Kerk, Nieuwstraat 20, 2312 KC Leiden, Nederland
Voorganger: ds. H.H. Schorren, Rotterdam
Deurcollecte: collecte jeugdwerk in de wijk of een vergelijkbaar doel
-
31 januari van 17:00 - 18:00
Cantatedienst
Hooglandse Kerk, Nieuwstraat 20, 2312 KC Leiden, Nederland
Zondag 31 januari 2021 17.00 uur Hooglandse Kerk
J.S. Bach, BWV 84 “Ich bin vergnügt in meinem Glücke”
Maria Valdmaa en musici o.l.v. Gilles Michels
Organist: Bert Mooiman
Voorganger: Margreet Klokke
De eerste cantatedienst van 2021 is op zondag 31 januari, om 17.00 uur, via een
videostream vanuit de Hooglandse Kerk. Sopraan Lauren Armishaw zingt onder
leiding van Gilles Michels cantate BWV 84 van J.S. Bach: Ich bin vergnügt in
meinem Glücke. Organist bij deze dienst is Bert Mooiman. De voorganger is ds.
Margreet Klokke, predikant van de Leidse Binnenstadsgemeente en voor het
bijzonder kerkenwerk. Deze solocantate voor sopraan is voor het eerst uitgevoerd op 9 februari 1727, zondag Septuagesima, zeventig dagen voor Pasen. Cantate BWV 84 is gemaakt bij Matteüs 20: 1-16, de gelijkenis van de arbeiders in de wijngaard. Het thema is: de verhouding tussen inzet en beloning. De cantate komt uit een periode waarin J.S. Bach veel solocantates componeerde. Van Hengel merkt hierover op: ‘Wij
weten niet of we het grote aantal solocantates in deze periode te danken
hebben aan Bachs ontevredenheid over de prestaties van zijn koor; wel is duidelijk dat hij over het niveau van zijn concertisten (bas en sopraan) niet te klagen had. De eerste aria van cantate BWV 84 is voor de sopraan moeilijker dan enige andere’.
En in overeenstemming met de strekking van het libretto is ook Bachs compositie
zelf een oefening in bescheidenheid: de eenzame solist wordt slechts begeleid
door een hobo, vijf strijkers en orgel. Maar met deze minimale bezetting
schrijft Bach wel weer een zeer rijke en gevarieerde cantate.